Mensen die op jonge leeftijd te maken krijgen met ernstig gehoorverlies en pas na hun zestiende een cochleair implantaat (CI) krijgen, genieten van het luisteren naar muziek. Aldus onderzoeker Chistina Fuller van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) in het magazine Otology & Neurology.

Een cochleair implantaat (CI) heeft vooral de functie het spraakverstaan te optimaliseren van een persoon met een ernstig gehoorverlies. Maar veel mensen die een CI krijgen, zullen ook benieuwd zijn naar het horen en beleven van muziek. Tot nu toe was er over de waarneming van muziek onder CI-gebruikers vrij weinig bekend.

Muziek klinkt prettig
Fuller vroeg voor haar onderzoek een groep van twintig CI-dragers om een vragenlijst in te vullen over de waarneming van muziek, de CI-specifieke kwaliteit van leven, het sociaal functioneren en het gehoor. Daarnaast ondergingen alle testpersonen een audiometrietest voor woordherkenning. Iedere testpersoon werd vóór zijn zevende verjaardag ernstig slechthorend en kreeg pas na zijn zestiende een CI.

Zestig procent van de testpersonen gaf aan dat ze muziek prettig vonden klinken. De ervaren kwaliteit van muziek werd redelijk positief beoordeeld met een gemiddelde score van 56 op de schaal van 0-100. Er bestond geen verband tussen de waardering voor muziek en de kwaliteit van leven, het hoorvermogen en de herkenning van woorden.

Verschil met eerder onderzoek
Uit eerder onderzoek bleek dat de groep die op latere leeftijd met ernstig gehoorverlies te maken kreeg en geïmplanteerd werd, vaak een weinig positieve muziekbeleving heeft. Nu is dus ook een groep mensen onderzocht die op jonge leeftijd met ernstig gehoorverlies te maken kreeg, maar pas op latere leeftijd geïmplanteerd is. De groep heeft een beduidend positievere muziekbeleving.

Het verschil zou verklaard kunnen worden door het feit dat mensen die vroeg met ernstig gehoorverlies te maken hebben, een ander muzikaal referentiekader opbouwen dan mensen die pas op latere leeftijd ernstig slechthorend of doof worden.

Volgens de onderzoekers aan het UMCG ondersteunen de positieve bevindingen in deze kleine onderzoekspopulatie het feit dat vroeg doof geworden personen nog kandidaat zijn voor een CI.

Bron: Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde