Eén op de zeven jongeren heeft na het uitgaan last van een piep in de oren. Uit onderzoek blijkt ook dat meer dan de helft van de jongeren niet weet dat gehoorschade door harde muziek voorkomen kan worden. Naar aanleiding hiervan willen KNO-artsen voorlichting gaan geven over preventie gehoorschade.

Dit jaar zullen verschillende KNO-artsen, verspreidt over het hele land, voorlichting gaan geven aan leerlingen van groep 7 en 8. Het doel van het project is het creëren van bewustzijn bij de jongeren over te harde muziek en de gevolgen hiervan.

Rapport prevENT
Aanleiding voor deze bewustwordingcampagne is het rapport van commissie prevENT van de Nederlandse KNO-vereniging. Het rapport is gebaseerd op de gegevens die de commissie heeft vergaard tijdens het FRISS XXL 2012 evenement in de Heineken Music Hall te Amsterdam.

Op dit evenement voor 12-15 jarigen werden gratis oordoppen met geluidsfilter uitgedeeld aan circa een kwart van de bezoekers. Door middel van vragenlijsten werd een inventarisatie gedaan naar het actuele luistergedrag. Daarnaast werd gekeken naar de kennis en bewustzijn tem aanzien van gehoorschade door harde muziek en het voorkomen van een piep in het oor.

Voorlichting zinvol
Bijna 97% van de ondervraagde bezoekers was in het bezit van een MP3-speler, sommigen al vanaf de leeftijd van 6 jaar. Van de 467 ondervraagde bezoekers bleek één op de zeven vaak of constant last te hebben van een piep in de oren na het luisteren naar harde muziek. Binnen deze groep was er een evenredig aantal jongeren van het VMBO, HAVO en VWO en waren er evenveel jongens als meisjes. Het aantal uren muziekexpositie bleek niet van belang. Minder dan de helft van de bezoekers was zich er van bewust dat gehoorschade door harde muziek voorkomen kan worden.

Op grond van deze gegevens lijkt het zinvol om al preventieve voorlichting te geven op de basisschool. De KNO-vereniging hoopt hiermee aan te sluiten op de Kamervragen die dit voorjaar zijn gesteld en hoopt het inzicht in [link28367]lawaaischade bij jongeren[/link] te vergroten.

Bron: KNO-vereniging