In Uganda – Eruit gezet
In Uganda zijn er heel wat mensen die het niet makkelijk hebben. Dat geldt voor mensen zonder beperking, maar zeker ook voor mensen die afhankelijk zijn van extra voorzieningen. Voor dove mensen is bijvoorbeeld de tolkvoorziening niet goed geregeld. In de wetten klinkt het allemaal heel mooi, maar in de praktijk komt er weinig van terecht.
Dit geldt ook voor mensen met een andere beperking. Op een dag ben ik onderweg naar m’n werk op de dovenschool. Ik moet overstappen op een ander klein busje. Ik zie hoe de conducteur worstelt om een rolstoel achterin te krijgen. Hij krijgt het niet voor elkaar. Wat is dus zijn oplossing? De man wordt gesommeerd weer uit het busje te komen! Hij moet het maar in een volgend busje proberen.
De vrijgekomen plaats wordt aan mij aangeboden, maar dan pas dringt tot mij door wat er zojuist gebeurd is. Ik protesteer en stap weer uit. Die plaats hoef ik niet; ik wacht wel met die man op het volgende busje.
Zo gezegd, zo gedaan. De wegen in Uganda zitten vol hobbels en gaten, dus ik duw hem de paar meter tot aan het volgende busje. We zitten samen op de eerste, wat ruimere rij, en laten de rolstoel voor ons schuiven. Helemaal opgepropt zitten we, maar zo hoeven we niet voor een extra plek te
betalen.
Michael blijkt een goed ontwikkelde man te zijn. Dit soort ervaringen maakt hij dagelijks mee, vertelt hij. Hij heeft geleerd er niet gefrustreerd over te zijn. Je verandert er toch niets mee. Daar kan ik nog wat van leren! In Uganda zijn er zoveel situaties die in mijn ogen niet eerlijk zijn, en dan is het makkelijk om je interne vrede snel te verliezen door allerlei frustraties.
Ik vraag hem hoe hij aankijkt tegen de bedelende gehandicapten. Tja, het is niet de juiste methode, maar helaas is het leven voor gehandicapten erg moeilijk in Uganda. Toch ziet hij dat het vooral de ouderen zijn die dit doen; er is dus hoop op verandering in de toekomst.
Als ik hem vertel dat ik onderweg ben naar de dovenschool, blijkt hij ook onderweg naar een belangenvereniging voor doven. Ook hier werken mensen met verschillende handicaps blijkbaar samen om meer te bereiken.
Al snel ben ik op mijn bestemming. Met een glimlach op m’n gezicht stap ik de dovenschool binnen. Ik heb een mooi mens ontmoet!
Mijn naam is Famke (Nakimuli) Wildeman, 37 jaar, en tolk Nederlandse Gebarentaal. Sinds de zomer van 2016 woon ik in Uganda. Ik werk daar als vrijwilliger op een dovenschool, Uganda School for the Deaf in Ntinda, in de hoofdstad Kampala. Ik geef les en ik zoek sponsors voor kinderen uit armere gezinnen. Ook onderhoud ik contacten met de tolken Gebarentaal.