‘Gebarentolken in het parlement, fantastisch!’
De Verenigde Staten zullen er in 2006 een nieuw stadje bij hebben. Maar in Laurent, South Dakota, dat maximaal 4.000 zielen mag tellen, zullen alleen doven en hun familieleden mogen wonen. Ook de postbode en de agent zullen doof zijn, en op marktdag gebeurt alles in gebarentaal. Een dergelijk Dovendorp zoals in VS hoeft voor Helga Stevens niet. De Vlaamse politica, die zelf doof is, volgt het initiatief van op afstand met grote interesse.
Is zo`n stadje wel een goed idee?
Het is alleszins een léúk idee, zolang iedereen vrij blijft om zich al dan niet daar te vestigen. Belangrijk is dat niet doofheid een vereiste is om er te gaan wonen, wel de kennis van de gebarentaal. Ook horende mensen die de gebarentaal kennen, zijn dus welkom.
Werkt zo`n initiatief de integratie van doven in de `horende wereld` niet tegen?
Het idee van totale integratie is een utopie. Doofheid is een probleem van communicatie. Zelf kan ik goed liplezen, maar in veel situaties blijf ik mij het vijfde wiel aan de wagen voelen, al is dat meestal niet zo bedoeld. We leven in een gemeenschap waarin alles draait rond communicatie en auditieve interactie, en dat maakt het zo lastig voor dove mensen om mee te kunnen.
In die zin is het dovendorp Laurent een leuke oplossing. Iedereen, doof of horend, wordt er verondersteld de gebarentaal te beheersen. Het is heel fijn te weten dat je in een winkel of in een busstation terechtkan zonder te worden aangestaard. Ik zou ook wel eens probleemloos willen communiceren met de politie, het gemeentebestuur of de brandweer. Integratie is overigens geen goed woord, omdat daarbij alle moeite van één kant komt: van de persoon met de handicap. Beter is te spreken van inclusie. Dan doen beide kanten een inspanning.
Zou u, als doof parlementslid, een dovendorp steunen?
Persoonlijk zou ik het zeker steunen. Als parlementslid waarschijnlijk ook, maar dan moet ik naar het algemeen belang kijken. Wat als joodse mensen vragen om een eigen dorp op te richten? Of moslims? Ook de context is belangrijk. In de VS is er ruimte zat voor een nieuw dorp, in het dichtbebouwde Vlaanderen is dat minder evident. Bovendien worden in Laurent geen vennootschapsbelasting en geen personenbelasting geheven en hoeven er geen erfenisrechten te worden betaald. Ik zou daar best eens een kijkje willen gaan nemen en er eventueel een vakantieverblijf willen huren. Iets kopen zie ik, gezien de afstand, niet meteen zitten.
Als parlementslid zou ik de oprichting van zo`n dorp dus steunen, maar tegelijk zou ik werken aan een betere bewustwording door de maatschappij van de problemen van doven en andere mensen met een handicap. Daarom is ook de erkenning van de Vlaamse Gebarentaal zo belangrijk.
Toen u Parlementslid werd, heeft men u beloofd alles zo in te richten dat u uw parlementaire werkzaamheden zonder probleem kon uitvoeren. Is dat gebeurd?
Het Vlaams Parlement heeft werkelijk alles gedaan opdat ik als parlementslid volwaardig kan functioneren. Het belangrijkste zijn de gebarentolken die men mij ter beschikking heeft gesteld. Fantastisch! We hebben wel moeten zoeken naar de beste plaats voor de tolken in de plenaire vergadering. Nu staan ze voor het spreekgestoelte, met hun gezicht naar ons. Bij de viering van het tienjarig voorzitterschap van Norbert De Batselier hadden de tolken moeten uitwijken naar de zijkant van de koepelzaal. Alsof zij geen deel mochten uitmaken van het feestelijk gebeuren. Ik heb toen echt voet bij stuk moeten houden. Zij horen erbij, ook als er iets te vieren valt.
Ik wacht nu op de ontwikkelingen rond videotelefonie. Daar heeft het parlement geen rechtstreekse invloed op, maar een tolk zou altijd een videotelefoon bij zich kunnen hebben en via de tolk word ook ik telefonisch bereikbaar.
Bron: Interview met Helga Stevens in Gazet van Antwerpen
Reacties