Ongehoord: Burengerucht
Op haar blog Ongehoord schrijft Marieke over haar ervaringen als slechthorende. Herkenbare situaties en leuke anekdotes worden met een vlotte pen beschreven. Deze keer schrijft Marieke over de discotheek naast hun huis.
Burengerucht
Wij wonen naast een discotheek. Dit lijkt misschien een gruwel, maar wij vinden het geweldig. Niet dat wij er nu de deur plat lopen. We zijn er zegge en schrijve één keer binnen geweest, en dat was overdag. Om kennis te maken met de eigenaar. En ook het publiek van de discotheek vinden we nou niet per se hele gezellige mensen. Nee, wat we zo fijn vinden is dat ons steegje ’s nachts nooit stil is. En dat het door de gekleurde discolampen zo vrolijk verlicht is. Helemaal leuk wordt het als ze een galafeest organiseren. Dan ligt er een heuse rode loper voor onze deur, wat onze thuiskomst een extra feestelijk tintje geeft.
Maar het allerfijnste komt nog, en dat zijn de portiers. Als ik midden in de nacht huiswaarts ga, geeft de wetenschap dat deze potige mannen naast mijn voordeur staan me een veilig gevoel. En zeg nou zelf, wie heeft nu deze service thuis? Oké, ze staan er niet elke avond. Op maandag en dinsdag zijn ze vrij. Maar goed, dat zijn ook niet bepaald de dagen waarop ik zelf een nachtje doorhaal.
Niet alleen zijn zij geweldige buren voor ons, andersom geldt dat ook. Sterker nog, volgens mij zijn wij de beste buren die ze zich kunnen wensen. We klagen namelijk nooit dat we de muziek of het publiek te luidruchtig vinden. Ik omdat ik beide gewoonweg niet hoor. En vriendlief omdat hij overal doorheen slaapt. Zelfs de amoureuze uitingen van de duivenkolonie op ons dak verstoren zijn nachtrust niet. Terwijl ik me daar (met apparaatjes in) juist rot aan erger. Aan die duiven dan, hè…
Maar hoe ‘rustig’ is het bij die buren van ons nou eigenlijk echt? Toen we voor de eerste keer in dit huis sliepen, werd ik midden in de nacht wakker. Nog wat groggy van de slaap wandelde ik naar het raam van de woonkamer om ons nieuwe uitzicht bij nacht te aanschouwen. Om vervolgens mijn ogen uit te wrijven. Mezelf te knijpen om te controleren of het wel echt voor mijn neus gebeurde. In de steeg naast ons huis stonden politiewagens, en daartussendoor manoeuvreerden agenten te paard. Twee busjes van de ME bewaakten de ingang van de steeg, omringd door tientallen feestgangers. Er was een hoop commotie, maar met mijn lege oren maakte ik dat vooral op uit lichaamstaal en gezichtsuitdrukkingen. Sprakeloos drukte ik mijn neus tegen het raam. Gebeurde dit écht? Ik liep een rondje door het huis en keerde terug naar de vensters, maar al die uniformen stonden er nog steeds. En de straat stroomde steeds voller met mensen; blijkbaar werd de discotheek ontruimd.
Terug in de slaapkamer verwachte ik vriendlief rechtop in bed aan te treffen. Klaarwakker en met vragende ogen. Maar nee, zijn bewegingloze lichaam ademde één en al diepe slaap. In gedachten voegde ik de tevreden snurkgeluidjes eraan toe. Terwijl onder ons slaapkamerraam zich van alles afspeelde, vertrok ook ik weer in alle stilte richting het land der dromen.
De volgende ochtend zitten we met een kop koffie in de vensterbank, uit te kijken op een uitgestorven straat en steeg. Verbaasd hoort mijn vriend mijn relaas aan. Ongelovig ook. Zelf begin ik ook te denken dat het slechts een absurde droom was. Tot ik later die dag eens bij de buurman informeer, die toevallig in de discotheek werkt. ‘Oooh dat,’ reageert hij nonchalant. ‘Ja, dat klopt, er was een vechtpartijtje, en toen kwam het voltallige korps met wagens en paarden. En daarna kwam ook nog de ME zich ermee bemoeien. Maar na die ontruiming ging het feest gewoon door, hoor!’
Lees alle verhalen van Marieke op haar weblog. Marieke heeft recent ook in Flair gestaan. Heb je het gemist? Bekijk het interview dan hier.
Reacties