Op 6 juli is Marieke Rensman (1971) gepromoveerd tot doctor in de economische wetenschappen bij de rijksuniversiteit Groningen. Haar proefschrift is getiteld “Why Growth Rate Differences Persist. International Technology Diffusion in the Long Run”.

Dit proefschrift en de verdediging op 6 juli zijn goed ontvangen door haar collega-economen. Haar promotor noemde in zijn laudatio het proefschrift `een bijzonder boekje` dat er in is geslaagd twee vakgebieden binnen de economie te combineren. Hiermee is een lastig onderzoeksproject tot een goed einde gebracht. Marieke`s doofheid werd niet ervaren als een hindernis, maar bevorderde juist `de voorwaarden voor goed wetenschappelijk werk`, omdat tegenover haar argumenten `op heldere wijze` geformuleerd moeten worden.

Marieke studeerde eerder economie in Maastricht. Het promotie-onderzoek werd uitgevoerd bij de vakgroep Algemene Economie van de RUG en gefinancierd door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Momenteel werkt Marieke als wetenschappelijk medewerker bij het Centraal Planbureau in Den Haag. Marieke is doof vanaf haar geboorte.

Het proefschrift is elektronisch beschikbaar via de site van de Universiteitsbibliotheek van de RUG.

Inhoud proefschrift
De economische geschiedenis laat zien dat landen een verschillend groeitempo hebben. Als het om productiviteit gaat zou een land dat achterligt in theorie een inhaalslag kunnen maken door technologieën te absorberen van een land dat voorligt. In werkelijkheid blijven de groeiverschillen echter bestaan. Marieke Rensman komt in haar onderzoek tot de conclusie dat er vaak te veel belang wordt gehecht aan directe technologie-overdracht. Overdracht van instituties voor onderwijs en onderzoek heeft op de lange termijn meer effect op de economische groei. Ook de eigen onderzoeksinspanningen van een land hebben een positief effect op de absorptie van technologie. Zonder verandering van het eigen technologie- en innovatiesysteem blijven de groeiverschillen in stand.