In het Universitair Medisch Centrum Groningen zijn voor het eerst nauwkeurige metingen uitgevoerd naar de activiteiten van de hersengebieden die betrokken zijn bij tinnitus. En het blijkt dat de hersenactiviteit van tinnituspatiënten minder afwijkend is van niet-patiënten dan tot nu toe werd aangenomen.

Via innovatieve meet- en analysetechnieken lukte het Dave Langers, gehooronderzoeker van de KNO-afdeling in het UMCG, om een studie uit te voeren naar de gevoeligheid voor toonhoogte van de hersenen van zowel tinnituspatiënten als niet-patiënten. En uit zijn onderzoek blijkt dat de gevoeligheid voor toonhoogte bij tinnituspatiënten niet afwijkt van mensen zonder tinnitus. Langers trok hieruit de conclusie dat tinnitus blijkbaar een andere oorzaak heeft dan tot nu toe werd verondersteld.

Geluid zonder geluidsbron
[link27579]Tinnitus[/link], ook wel oorsuizen genoemd, is een veelvoorkomende gehooraandoening die gekenmerkt wordt door het waarnemen van geluid zonder aanwijsbare geluidsbron. Hoewel tinnitus niet levensbedreigend is, kan het vergaande gevolgen hebben voor het dagelijks leven. Mensen kunnen erge stress ervaren doordat ze voortdurend gebonk, gerinkel, gepiep of gesuis horen.

Tinnitus door abnormale hersenactiviteit
Tinnitus is niet te genezen en vooralsnog zijn er geen bevredigende behandeltherapieën bekend. De therapieën die er bestaan, zijn gebaseerd op de aanname dat tinnitus wordt veroorzaakt doordat hersengebieden die betrokken zijn bij de verwerking van bepaalde tonen abnormale activiteit vertonen.

Geluidsverwerking vindt plaats in een aantal auditieve gebieden van de hersenen. Zo worden lage en hoge tonen grotendeels in afzonderlijke hersengebieden verwerkt volgens een principe dat bekend staat als tonotopie. Op grond van bestaande hypothesen werd verwacht dat tinnitus veroorzaakt zou worden door een storing in de tonotopie. Hierbij werd aangenomen dat de hoge-toon-gebieden in de hersenen van tinnituspatiënten overmatig gevoelig zouden zijn.

Geen verschil in gevoeligheid
Maar uit de resultaten van het Groningse onderzoek blijkt nu dus dat er geen enkel significant verschil is tussen de gevoeligheid voor toonhoogte bij tinnituspatiënten en die van niet-patiënten. Tot dusver vloeit er geen nieuwe behandelmethode voort uit dit onderzoek. Het meest direct gevolg van de resultaten is dat bestaande theoretische modellen over de oorzaken van tinnitus aangepast moeten worden.

Bron: UMCG