Driekwart van de patiënten met een aangeboren afwijkingen van de gehoorbeenketen met geleidingsslechthorendheid tot gevolg, kan na een operatie beter horen. Voor patiënten die niet voor chirurgie in aanmerking komen, is een hoortoestel een goed alternatief.

Dit blijkt uit het promotieonderzoek van Hans Thomeer, verbonden aan het UMC St. Radboud als KNO-arts in opleiding. Thomeer analyseerde gegevens van een grote groep patiënten die in het verleden aan deze zeldzame aangeboren middenoorafwijking waren geopereerd. Bijna driekwart van deze patiënten kon na de operatie veel beter horen.

Daarnaast beschrijft en analyseert Thomeer drie specifieke syndromen met als één van de kenmerken aangeboren [link27605]geleidingsslechthorendheid[/link]. Het onderzoek van beslaat een klein, maar zeer relevant onderwerp in de oorheelkunde. Het verschaft meer inzicht in diagnostiek en behandeling van aangeboren middenoorafwijkingen, en biedt zodoende handvatten voor KNO-artsen in Nederland.

Vanmiddag is Thomeer aan de Radboud Universiteit van Nijmegen gepromoveerd op zijn onderzoek. De titel van zijn proefschrift is 'Congenital minor ear anomalies; outcomes of surgery and some syndromal aspects'.