De taal van het geluid

16-12-2008 algemeen

De afgelopen week ben ik een paar dagen halfdoof geweest. Of zeer hardhorend. Ik was in een ver buitenland, hoog in de bergen, vervolgens griep gekregen en toen nog het vliegtuig genomen – het was te veel voor de aambeelden, hamers en buisjes die ons gehoor aan de praat houden.

We kennen allemaal dat je eventjes niet goed kunt horen. Vooral in een vliegtuig gebeurt dit regelmatig – bij het stijgen en dalen. Maar dan slik je een paar keer of je probeert door je neus te blazen terwijl je die dichtknijpt, en je oren knappen weer open.

Maar hoe vaak ik ook blies en hoeveel ik ook slikte, mijn oren bleven potdicht – dagenlang. Wat die dagen mij vooral hebben geleerd is dat ook dingen hun eigen taal hebben.

Een voorbeeld. Mijn hotelkamer was voorzien van een airco – het was een wárm ver land. Hoe je die airco moest bedienen, was mij niet duidelijk – zoals zo veel ogenschijnlijk eenvoudige technische apparaten moeilijk te bedienen zijn. Normaal kun je – als je gehoor in orde is – horen of een airco aanslaat of niet. Je kunt ook goed horen of hij harder of minder hard moet werken om de kamer op de gewenste temperatuur te krijgen. Ik hoorde helemaal niks en was onzeker of het ding nu aanstond of niet.

Geruis op straat. Normaal kan ik mij storen aan de overdaad aan geluiden in grote steden. Optrekkende of remmende bussen en auto’s, sirenes, iemand die achter je begint te hollen, brommers, motoren – als je je erop concentreert is het één grote kakofonie. Maar als die berg van geluid opeens ongevraagd tot een kwart of minder wordt gereduceerd, is dat heel vreemd.

Wat ik mij nooit goed heb gerealiseerd, is dat je dergelijke geluiden ook gebruikt om je te oriënteren. Onbewust registreer je hoe ver die sirene ongeveer van je verwijderd is. Je zou het horen als een auto of bus te dichtbij komt, als er iemand te dicht achter je begint te hollen.

De wekker op je nachtkastje. Het geluid van vogels. Blaffende honden. Als je dit opeens niet of bijna niet meer hoort, dan heeft dat een vervreemdend, desoriënterend effect.

Jonge kinderen vragen elkaar: als je moest kiezen, doof of blind, wat heb je dan het liefst? Bij doof dacht ik als kind: dan kun je dus nooit muziek horen. En: dan kun je niemand meer verstaan.

Wat ik toen vergat en wat ik ook later nooit echt goed tot me heb laten doordringen, is hoeveel informatie wij halen uit de kleine geluiden in onze omgeving. Krakende deuren, traptreden of bedden, piepende fietsen, een huilend kind, een auto die voor je deur parkeert, de tik van een fietsstuur tegen het raam, regen, de wind die begint te ruisen – de lijst is eindeloos. Het gaat hier om de woordenloze taal van een huis, van een straat, stad of omgeving.

De meeste doven kunnen prima uit de voeten met gebarentaal, het is mij bekend (toevallig is de inventarisatie van de Nederlandse gebarentaal vorige week voltooid). Maar hoe vreemd moet het zijn om de subtiele taal van het geluid te moeten missen.

Bron: Ewoud Sanders, NRC Handelsblad


Reacties

Er zijn nog geen reacties Reageer

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Gerelateerde artikelen

Doof.nl maakt gebruik van cookies.

Doof.nl gebruikt vier soorten cookies.

Lees meer

Deze cookies zorgen ervoor dat de website goed werkt.

Lees meer

Op onze website staan YouTube-filmpjes. Wanneer je deze wilt afspelen, dan moet je de cookies accepteren. YouTube slaat dan cookies op op jouw computer.