Column: Judith + 1
In mijn vorig column Stoptrein of sneltrein schreef ik dat ik een tolk gebarentaal heb aangevraagd om te komen tolken op mijn verjaardagsfeest. Ik ben net jarig geweest en heb het beste cadeau gehad in jaren: een leuk ontspannend feest waarbij ik alles beter kon volgen dan vroeger. Ik heb er 3 woorden voor: wauw, super, fantastisch!
Door Judith Vogels
Ik was zenuwachtig; mijn vader en familie zouden voor het eerst kennis gaan maken met een tolk gebarentaal. De tolk kwam op tijd, maar de familie kwam later. Hierdoor had mijn vader genoeg tijd om kennis te maken met de tolk en hoe het werkt.
Toen mijn familie kwam, moesten ze wel even wennen. Vooral mijn opa vond het raar dat er een vrouw bij zat, die niet praatte maar gebaarde. Kan zij wel praten en waarom doet ze dat niet? Nadat was uitgelegd hoe het werkt met een tolk en wat de functie van haar is, vond hij het wel goed.
Ik ging met een nichtje praten en de tolk zat erbij om alles te vertalen wat zij zei. (Tussendoor moest ik even denken dat ik zo’n gesprek normaal niet kan verstaan, of met de grootste moeite.) Nu hadden we een leuk gesprek. Ze moest wel even wennen aan een tolk die naast haar zit en druk aan het vertalen was wat zij zei. Ook keek ik naar de tolk als zij praatte. Ik merkte dat ze daardoor meer rekening hield met mij. Ze gebruikte meer kleine gebaartjes zoals ‘goed’ of ‘drinken’ en maakte ook oogcontact als ze praatte.
Mijn familie zag het als een kans om allemaal vragen te stellen over gebarentaal, het beroep Tolk Nederlandse Gebarentaal enz. Ik heb ze wel eens hierover geïnformeerd, maar nu zagen ze echt de gebarentaal en toonden ze meer belangstelling in mij. Op een gegeven moment ging ik aan de andere kant zitten met een groepje, om een spelletje te doen en nam mijn tolk mee. Mijn familie keek raar op. Ik legde uit dat de tolk de gesprekken moet vertalen die ik wil horen, dus dat zij mee moet met mij. Bij het spel zat mijn 3-jarige nichtje op mijn schoot. Een schat van een kind maar ze zit in de irritante ‘waarom-fase’. Ze vroeg waarom de tolk niet mee deed. Ik vertelde dat de tolk alleen maar naar mij gebaarde en daarom niet meedeed met het spel.
Op een gegeven moment liep een familielid weg van de groep en zei nog iets tegen mij. Ik wist het helemaal niet totdat de tolk het vertaalde. Ik kon daarop nog reageren naar het familielid. De tolk gebaarde later ook dat de deurbel ging. Ik had het niet gehoord.
Na het spel ging ik bij de rest van de familie zitten en maakte een plekje vrij voor de tolk. Ik was blij dat de tolk er was, omdat er veel lawaai was. Ik kon niets meer verstaan. Mijn broer had wat moeite met de tolk. Hij vond dat ik lui was en niet wilde luisteren. En vroeger heb ik ook nooit een tolk gehad, waarom nu wel? Ik hoorde toch goed? En naar wie moet hij kijken met praten…? Ik legde uit dat mijn gehoor achteruit gaat, ik groepen niet meer kan volgen en vroeger altijd mijn gehoorverlies camoufleerde. Ook heb ik uitgelegd hoe een tolk werkt en als ik hem niet kan verstaan, ik naar de tolk kijk. Hij zei dat ik de hele tijd naar de tolk keek….(wat betekent dat ik hem niet verstond met alle herrie). Toen viel het kwartje wel. De familie luisterde ook mee. Ik zei dat ik met tolk zoveel meer kon volgen dan zonder tolk. Bij mijn familieleden zag ik de kwartjes vallen en ze waren er heel positief over. Op het eind vroeg ik aan een oom, of hij goed vond als ik bij een verjaardag bij hem thuis ook een tolk mee nam. Hij zei: “meid, als jij een tolk nodig hebt, moet jij vooral een tolk meenemen!”
En mijn vader vond het ook heel leuk dat er een tolk was.
Mijn familie weet wel dat ik de communicatie in een rustige situatie of een 1-op-1-gesprek goed kan volgen. Maar feesten lukken zonder tolk niet meer. Hun beeld van mij is veranderd, nu pas begrijpen ze me echt. ’s Avonds ben ik naar huis gegaan met een grote glimlach.
Een week later was er weer een familiefeest en had ik een tolk meegenomen. Dat was ook weer een succes. Mijn opa mopperde in het begin nog wel, maar zei later dat hij eraan moest wennen. Doordat er een tolk is en ik zelf ook gebaar, kan ik nu wel proberen om mijn familie een beetje gebaren aan te leren. Ik heb het lied ‘Lang zal je leven’ in gebarentaal aan mijn vader geleerd. Het betekende veel voor mij toen hij het voor mij gebaarde.
Ik had met mijn moeder een gesprek gehad over tolken. Ze wil het nog steeds absoluut niet! Waarom zou ik wel alles mogen volgen en zij niet? Zij hoeft niet alles te weten, dus ik al helemaal niet… Maar een goede vriendin van mij die ook tolk is, mag wel komen. Huh??
Ik heb mijn handen nog vol aan mijn moeder… hebben jullie nog tips hoe ik haar moet aanpakken?
Het maakt niet uit hoe mijn moeder erover denkt; een tolk gebarentaal zal meer en meer een belangrijke rol gaan spelen in mijn leven. Uiteindelijk krijgt ze er wel mee te maken. Eigenlijk is het beste als ik een dove vriend mee naar huis neem, dan moet ze wel…
Maar gelukkig is mijn familie heel positief erover en zien ze mij voortaan komen: Judith + 1.
Reacties