Onderzoek naar studieloopbaan doven en slechthorenden
Na de zomervakantie starten veel eindexamenkandidaten als student op een vervolgopleiding. Een nieuwe spannende tijd waarbij veel op hen af komt. Voor dove en slechthorende studenten is dat niet anders, maar voor hen is niet alles vanzelfsprekend. Zij moeten vaak net iets meer moeite doen en komen soms obstakels tegen. Sharon Fles deed haar afstudeeronderzoek naar de toegankelijkheid voor doven en slechthorenden in het hoger onderwijs.
Sharon Fles is onlangs afgestudeerd op de Hogeschool van Amsterdam (HvA) aan de opleiding culturele en maatschappelijke vorming. Tijdens haar afstudeeronderzoek onderzocht ze de rol van studentendecanen in de studieloopbaan van studenten met een auditieve beperking. Sharon is zelf doof en bedacht een vraagstuk wat goed bij haar paste. ‘Ik mocht van mijn opleiding mijn eigen afstudeeronderzoek invullen, mits het een sociale-cultureel vraagstuk betrof. Iets wat nog opgelost of verbeterd moet worden. Ik wilde graag dicht bij mezelf blijven en tegelijkertijd een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van een fijne studieloopbaan voor doven en slechthorenden.’
Doel
Een onderzoek met een duurzaam effect, dat is wat Sharon voor ogen had bij de start van haar afstuderen. Via haar docentbegeleider kwam ze in contact met een studentendecaan die het vraagstuk erkende. Hij werd haar opdrachtgever en Sharon kon beginnen met het onderzoek. ‘Mijn uiteindelijke doel was het contact tussen studentendecanen en dove en slechthorende studenten bevorderen. Mijn taak was een brug tussen hen slaan zodat zij elkaar kunnen ontmoeten. Studenten maakten de stap naar een studentendecaan niet omdat ze niet hoogte waren van mogelijke aanpassingen en voorzieningen. Wanneer ze dat wel deden stagneerde gesprekken vaak omdat de werkwijze van studentendecanen niet aansloot. Studenten wisten niet wat ze konden vragen en zonder concrete vraag kon een decaan niet verder helpen. Ook wilde ik dat UvA en HvA aandacht aan deze doelgroep besteden. Ik vond wel informatie over andere functiebeperkingen, maar over auditieve beperkingen vond ik meestal onjuiste of ontbrekende informatie. Er werd over ons geschreven in plaats met ons. ’
Start van het onderzoek
Het onderzoek duurde ruim vierenhalve maand en begon bij verkenningsfase wat nog een hele uitdaging was. ‘Er is helaas niet eerder onderzoek naar dit vraagstuk gedaan, omdat de doelgroep klein is. Dat was ook de aanleiding waarom ik het onderzoek had opgezet. Ik vond dat opmerkelijk omdat het voor mij niet uitmaakt of het een grote of kleine groep is. Iedere groep dient onderzocht te worden zodat er passende voorzieningen kunnen worden ontworpen. Er waren geen “bewijzen” dat dit vraagstuk belangrijk is. Het was ook lastig cijfers te achterhalen om aan te tonen dat er wel dergelijke veel dove en slechthorende studenten HBO-onderwijs volgen.’
Informatie verzamelen
Met drie verschillende technieken verzamelde Sharon data vanuit de doelgroep. Het was geen gemakkelijke klus om met dove en slechthorende (oud) studenten in contact te komen. ‘Ik moest ver graven in mijn netwerk. Op Facebook-groepen heb ik een aantal oproepen geplaatst.’ Dat bleek een goed middel en leverde een aantal deelnemers op. ‘Een aantal kende ik toevallig vanuit mijn eigen netwerk dus die heb ik gelijk voor interviews gevraagd.’ Vervolgens ging Sharon aan de slag en nam onder andere interviews af op een speciale positieve manier. Dit verliep naar wens. Naast de informatie vanuit de doelgroep, verzamelde Sharon ook informatie bij externe partijen. Deze waren zowel gerelateerd aan doven en slechthorenden als studenten in het algemeen. ‘Wat vooral goed ging was het verzamelen van verschillende vormen van informatie. Interviews, antwoorden van vragenlijsten, (wetenschappelijke) artikelen en beleidsstukken. Het was bijna overload aan informatie, maar zeer nuttig’
Advies voor studenten
Alle informatie die Sharon verzamelde, werkte ze vervolgens uit in het laatste stadium van het onderzoek: de analyse. Wat vooral naar voren kwam was de onwetendheid van zowel dove en slechthorende studenten naar decanen toe en ondersom. ‘Studenten bleken niet te weten wat hun rechten binnen het HBO-onderwijs zijn en van welke voorzieningen ze gebruik kunnen maken Omgekeerd weten decanen niet waar behoefte aan is. Een studentendecaan kan pas helpen als de student duidelijk weet waar hij hulp bij nodig heeft. Zelf in actie komen is dan van belang. Standaardvoorzieningen zijn er vaak niet, omdat de behoefte per student anders is. Het is dus maatwerk. Ik vind dat studenten eerst hun uitdagingen moeten herkennen voordat ze naar een studentendecaan stappen. Maak dit vervolgens bespreekbaar zodat studentendecanen weten wat er gaande is. Dat neemt niet weg dat het ook duidelijk mag zijn waarop deze studenten recht hebben en dat het op papier staat. Bijvoorbeeld tijdverlenging of een tolk tijdens tentamens.’
Advies voor studentendecaan
Voor studentendecanen is het belangrijk meer kennis over doven en slechthorenden en de bijbehorende dovencultuur krijgen. Dat bleek ook uit de gesprekken die Sharon met de studenten had. De grootste uitdaging tijdens hun studie was de taal. ‘Studentendecanen weten vaak niet dat de meeste dove en slechthorende studenten de Nederlandse gebarentaal als moedertaal hebben. En niet de Nederlandse taal.’ Waar Sharon tijdens haar onderzoek tegen aanliep was de term “studenten met een auditieve beperking”. Deze benaming gebruikten de studentendecanen op de HvA. ‘Het is niet de juiste term om doven en slechthorenden aan te duiden omdat het een overkoepelend begrip is en dat kan voor misverstanden zorgen. Deze term duidt verschillende categorieën aan waardoor mensen in de onderwijsinstelling kunnen denken dat alle auditief beperkten hetzelfde probleem hebben of dezelfde voorzieningen nodig hebben. Het gaat erom met welke term de student zichzelf identificeert. Vanuit dat perspectief is het beter gebruik te maken van termen als “doof” en ”slechthorend”. Daarnaast concludeerde Sharon dat het van belang is om meer voorlichting aan docenten te geven. Met meer kennis over de doelgroep zal er meer begrip ontstaan wat de toegankelijkheid bevorderd. ‘Denk aan rekening houden met de tolk, die zich graag wil voorbereiden. Maar ook de toegankelijkheid van (web)colleges door middel van ondertiteling. Dit zou gewoon standaard aanwezig moeten zijn.’
Tips voor aankomend studenten
Sharon had tijdens haar studietijd haar zus als voorbeeld. Ook zij is, net als Sharon doof en net afgestudeerd. Door de ervaringen van haar zus kon Sharon bepaalde situaties voorkomen. Een andere dove of slechthorende student opzoeken om ervaringen te delen, kan prettig zijn. Sharon staat open voor ondersteuning aan studenten. ‘Mochten er dove en slechthorende studenten zijn die advies of hulp nodig hebben, dan ben ik bereid om ze te ondersteunen. Het maakt niet uit op welke hogescholen zij zitten.’ Voor aankomende studenten heeft Sharon, vanuit haar eigen ervaring als student, meer tips. ‘Zoek goed uit wat een hogeschool jou kan bieden. En vraag na in hoeverre zij ervaring hebben met dove en slechthorende studenten. Begin hier op tijd mee en wacht niet tot je je eerste probleem krijgt.’
Toekomst
Op 22 juni 2017 studeerde Sharon af. Tijdens haar studie heeft ze zich gespecialiseerd in het organiseren en uitvoeren van sociale-culturele evenementen. Maar vooral haar ervaringen tijdens het afstuderen wil ze graag verder ontwikkelen. ‘Het laatste schooljaar heb ik mij vooral, door middel van een minor bij Toegepaste Psychologie, verdiept in het denken en doen van dove en slechthorende mensen. Sindsdien ben ik bezig om mijn vaardigheden als adviseur/ervaringsdeskundige verder te ontwikkelen. Op dit moment ben ik op zoek naar een passende baan waarbij ik al mijn expertise en ervaringen kan inzetten. Ik ben vooral actief in de eventbranche en maatschappelijke projecten. Dat is wat ik het liefst doe. Mijn droom is om uiteindelijk een baan te vinden op het gebied van advisering voor het onderwijs. Dove en slechthorende ervaringsdeskundigen zijn waardevol voor instellingen en bedrijven. Ik hoop in de toekomst dat meer onderwijsinstellingen ons gaan inzetten.’
Wil je meer weten over het onderzoek, dan kun je contact opnemen met Sharon.
Reacties