Aangeboren doofblindheid en communicatie
Ouders en professionele begeleiders van mensen met aangeboren doofblindheid ervaren vaak ernstige moeilijkheden in de dagelijkse communicatie. Dit heeft een negatief effect op het welbevinden en de ontwikkelingskansen van deze mensen.
De Rijksuniversiteit Groningen heeft de enige masteropleiding in de wereld, die is gespecialiseerd op het terrein van aangeboren doofblindheid. Op 8 november 2007 ontvingen hiervan de eerste studenten hun diploma. Zij studeren af als Masters Orthopedagogiek, met de specialisatie Communicatie en Congenitale Doofblindheid.
In Nederland leven honderden mensen die zowel doof (of zeer slechthorend) als blind (of zeer slechtziend) zijn vanaf hun geboorte. In heel Europa zijn er duizenden. De engelstalige masteropleiding is gebaseerd op het werk van het Deafblind International European Network on Communication. Deze werkgroep doet wetenschappelijk onderzoek in de vorm van exploratieve interventies in de praktijk. De studenten leren de communicatie te analyseren tussen mensen met doofblindheid en hun begeleiders in complexe situaties.
Paard
Aangeboren (congenitale) doofblindheid vereist dat communicatie-interventie is gebaseerd op theoretische principes. Alleen intuïtie is niet genoeg om juist af te stemmen op de potenties van mensen met doofblindheid. De natuurlijke uitingen van een doofblinde persoon zijn heel verschillend van wat een horende en ziende begeleider verwacht. Mensen met doofblindheid leven in een wereld van tast en nabijheid. Hun gedachten en uitingen worden gevormd door impressies van de nabijheids-zintuigen als tast, reuk, en propriocepsis (houdingsgevoel). Bijvoorbeeld het begrip âpaardâ wordt bij hen niet gevormd door hoe een paard eruit ziet of klinkt, maar eerder op de geur, de zachte haren op de rug, de trillende bewegingen van de huid, de natte neus, de harde sliertige manen en de beweging waargenomen met het hele lijf tijdens het paardrijden.
Misverstanden
Wanneer doofblinde mensen over hun eigen indrukken en gedachten willen vertellen zal dat zijn via spontane lichamelijke uitingen en gebaren die een tactiele component dragen. En dat ziet er heel anders uit dan dat buitenstaanders gewend zijn. Wanneer die communicatieve uitingen niet gezien worden door begeleiders of onjuist worden geïnterpreteerd, is de kans op misverstanden groot. Op den duur kan dat zelfs leiden tot ernstig zelfverwondend gedrag, agressief gedrag of compleet isolement van de doofblinde.
Onderhandelen
Teneinde mensen met doofblindheid beter te begrijpen leren de begeleiders tijdens hun masteropleiding om gebruik te maken van de spontane gebaren en deze te zien als uitingen van de gedachten van de doofblinde. Deze uitingen kunnen echter alleen betekenis krijgen wanneer ze ingebed zijn in een echte conversatie, waarbij beide communicatiepartners samen de gebaren creëren, onderhandelen over de betekenis en zodoende telkens tot een gedeelde betekenis van een gebaar komen.
Internationaal
Een extra bijzonderheid van deze opleiding is dat deze in een internationaal samenwerkingsverband gegeven wordt en openstaat voor buitenlandse studenten. Het programma is er enerzijds op gericht om nieuwe professionals en onderzoekers op te leiden en anderzijds om professionals die al in het vakgebied werken van nieuwe inzichten en vaardigheden te voorzien. De Rijksuniversiteit Groningen werkt daartoe samen met Viataal in Sint-Michielsgestel en andere gerenommeerde instellingen op het gebied van doofblindheid in vijf Europese landen.
Bron: RUG
Reacties