De gebarentaalonderzoekers van de Radboud Universiteit Nijmegen ontvangen twee belangrijke subsidies waarmee ze hun onderzoek kunnen uitbreiden én toegankelijker maken voor grotere, internationale groepen onderzoekers.

In totaal wordt ongeveer een miljoen euro toegekend in het kader van de Vrije Competitie Geesteswetenschappen. Daarnaast ontvangen ze 100.000 euro Digging into Data-subsidie van een internationaal onderzoeksfonds.

Onderzoek 'bouwstenen van gebaren'
De Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) heeft financiering toegekend aan het onderzoek 'bouwstenen van gebaren'. Dit onderzoek, naar spontaan taalgebruik van doven, probeert te achterhalen in hoeverre gebaren in de Nederlandse Gebarentaal zijn opgebouwd uit kleinere betekenisdeeltjes. Ook wordt het Corpus NGT aanzienlijk uitgebreid en verrijkt met een lexicon voor huidige en toekomstige onderzoeken.

Transcriptie van gebarentalen standaardiseren
De Nijmeegse taalwetenschappers gaan met onderzoekers in Londen de basis leggen voor vergelijkend gebarentaalonderzoek. Hierbij gaan ze de transcriptie standaardiseren zodat er een geschreven versie van gebarentaal kan komen. De Nijmeegse onderzoekers gaan ook een digitaal gebarentaallexicon maken op basis van de 'nieuwe' transcripties.

Digging into Data subsidieert het vergelijkbaar transcriberen en labelen van de bestaande gebarentaalverzamelingen van de Nederlandse Gebarentaal en de Britse Gebarentaal. 

NWO en Vrije Competitie Geesteswetenschappen
De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) is met een budget van 625 miljoen euro per jaar een van de grootste wetenschapsfinanciers in Nederland. NWO stimuleert kwaliteit en vernieuwing in de wetenschap. Via de Vrije competitie is financiering beschikbaar voor de beste geesteswetenschappelijke onderzoeksvoorstellen. NWO Geesteswetenschappen heeft aan zes onderzoekers financiering toegekend vanuit de Vrije competitie geesteswetenschappen. Een daarvan is het onderzoek 'bouwstenen van gebaren'van Dr. O.A. (Onno) Crasborn, Radboud Universiteit Nijmegen.

Gebaseerd op een artikel van de Radboud Universiteit Nijmegen