Column Margriet: Meneer Rutte?
Ik lig weer eens in het ziekenhuis voor een soort onderhoudsbeurtje. Niet ernstig ziek, maar ’ter voorkoming van’. Ik vermaak me wel hoor, ik teken en kleur wat en ben begonnen met handletteren; het maken van sierletters. Dat valt dan weer niet mee.
Ik merk dat ik de gang van zaken op deze afdeling wel ken. In de vroege ochtend ontbijt en controles; bloeddruk, temperatuur, etc. Ik steek al automatisch mijn arm uit voor de bloeddruk, verwijder mijn hoortoestel voor de temperatuur en geef mijn vinger voor de controle van de zuurstof. Het is al bijna aangeleerd gedrag. Gisteren vertoonde ik echter gehospitaliseerd gedrag. De infusen moesten een schone lijn krijgen en de verpleegkundige opperde om dan even te gaan douchen zonder slangetjes, dus vrij van de paal die ik overal mee naar toe sjouw. Heerlijk gedoucht zonder de infuuslijnen en ook de sonde had ik afgekoppeld. Echt fijn.
Na het afdrogen kleedde ik me aan. Onderbroek aan, broek aan, BH en trui kunnen niet omdat daar de infuuslijnen eerst doorheen moeten. Ik belde voor hulp. De verpleegkundige vroeg: ‘Wat kan ik voor je doen?’ ‘Aankleden,’ antwoordde ik. Aan haar pretogen zag ik dat ik iets heel doms zei… er waren immers geen infuuslijnen, dus ik kon mezelf aankleden. We moesten er hartelijk om lachen, maar het schaamrood stond op mijn kaken.
Naast me op de kamer ligt een humoristische vrouw, die helaas naast allerlei beslommeringen ook nog een ontsteking in haar voet heeft. Lopen is geen optie. Dus heeft ze naast haar bed een po-stoel. Dat liep vanmorgen wat minder goed af. Ze heeft diarree van de antibiotica en dat ruikt erg onfris… en ik had net mijn ontbijtje voor mijn neus…. Van het feit dat ze ’s nachts ook nog snurkt heb ik vanwege mijn slechthorendheid dan gelukkig weer geen last.
Ik ben een BZG-er: een Bekende Ziekenhuis Ganger. Tijdens mijn ziekenhuisopname werken er diverse verpleegkundigen die mij kennen en sommigen die mij nog niet zo goed kennen. Het valt op dat ze allemaal lief zijn. Eigenlijk geldt dat voor alle mensen die ons voorzien van een natje en een droogje. Er zit in dit team ook veel humor, en zoals je weet houd ik daar wel van.
Opvallend is dat ik eigenlijk bijna iedereen hard zie werken. Ze lopen letterlijk de benen onder hun billen vandaan, hebben tijd – of maken tijd – voor een praatje. Er ontstaan soms hele mooie gesprekken. Daarin is corona vaak een onderwerp. De medewerkers hebben allemaal een extra beentje voorgezet, waren blij met het applaus en de aandacht die hun beroepsgroep eindelijk kreeg. Maar zeggen ze, het lijkt wel of de hype weer voorbij is. Mensen zitten weer hutje-mutje op elkaar en gaan weer overal op vakantie. Alle medewerkers houden hun hart vast. Wat echt pijn doet is dat de beloning nog steeds onder de maat is. Ze zien andere bedrijven miljoenen en miljarden krijgen om het hoofd boven water te houden, maar voor de zorg komt er mogelijk slechts een kleine eenmalige bonus.
We zijn niet meer in beeld, zei één van hen, we worden niet meer gezien.
Vanuit mijn positie, opgenomen in het ziekenhuis, zie ik ze wél, al die hardwerkende mensen die het beste voor hebben met hun patiënten. Die hun hart geven om het zo goed mogelijk te doen.
Meneer Rutte, een klein percentage salarisverhoging moet toch kunnen?
Reacties
Leuk om te lezen, op zich niet leuk natuurlijk dat je in het ziekenhuis ligt en ook niet dat zorgpersoneel onderbetaald wordt, maar je schrijft zo leuk! Complimenten Ik zie (en ruik…) het helemaal voor me! Heb het afgelopen half jaar een aantal ziekenhuisopnames meegemaakt helaas en ik herken het allemaal!
Beterschap, enne, als handletteren niet lukt, schrijf dan maar elke dag een column! 😉
Wat een lieve reactie. Ik schrijf omdat ik daar kol in heb, hey handletteren ligt iets opzij, want het blijkt dat ik kan tekenen ?